De tweede ronde van Supercar Challenge betekende voor coureur Max Tubben weer een flinke stap voorwaarts. De negentienjarige coureur uit Nieuw-Weerdinge werd afgelopen weekeinde op het circuit van Zolder in de GT-klasse derde in beide races. Hoewel er nog genoeg aan de nieuwe BMW Silhouette 3.5 te verbeteren was, kreeg hij zo de bevestiging dat hij op de goede weg is.  

“De auto was een stuk beter dan de eerste ronde van het kampioenschap in Zandvoort”, concludeerde Max zondag na de tweede race. “We hebben nu ook een grotere spoiler erop voor meer downforce. Dat is een vooruitgang. We hebben ongeveer anderhalve seconde gewonnen.”

Daarmee eindigde hij dus knap twee keer als derde. Tegelijkertijd zag hij voor de potente BMW nog genoeg ruimte voor progressie. “De auto ligt nog niet helemaal goed”, verklaarde hij. “We moeten er nog veel aan werken. De auto heeft nog veel overstuur die ik steeds moet opvangen.” 

“Er zit dus echt nog veel meer in. We moeten gewoon nog meer testen, de afstelling verder verbeteren. En dan kijken wat we kunnen doen tijdens de Gamma Racing Days in Assen. Die baan ken ik goed.” Op het Drentse circuit wordt in augustus de volgende ronde van het kampioenschap verreden. 

Tegen die tijd, en met het nodige testwerk, verwacht Max opnieuw een stap te hebben gemaakt met de auto. “We moeten nu vooral ervoor zorgen dat we achter meer grip hebben zodat we sneller de bochten in en uit kunnen. Het is nog wel redelijk veel werk, maar we moeten nog wel een seconde of anderhalve seconde kunnen winnen.”

Wat dat betreft hadden de races van afgelopen weekeinde hem opnieuw inzichten gegeven over de auto. Dat die nog verbetering behoeft, is niet zo vreemd aangezien de BMW Silhouette 3.5 een nagelnieuwe auto is.   

“Zolder is een heel fijn baantje, veel korte bochtjes, dat is goed voor die auto. Alleen de rechte stukken en de lange bochten kunnen beter. Het was veel werken op de baan. Zo moest ik zaterdag in de eerste race nog veel zoeken. We hadden veel problemen in bocht één en bocht vier. Dat heeft te maken met de onbalans in de auto. Dat zorgt ervoor dat de achterkant makkelijk gaat glijden. Mooi dat we uiteindelijk nog derde zijn geworden, toch een mooi resultaat.” 

Een dag later had Max een goede start. “Ik zat meteen achter de Nissan. Alleen zat alles opgehoopt, dus kon ik moeilijk anderen voorbij. Toen we een safety car-periode kregen, heb ik meteen een pitstop gemaakt. Daar win je tijd mee en ben ik weer derde geworden. Daar ben ik wel tevreden over.”

De conclusie was dus dat er nog veel werk aan de auto is, maar dat die absoluut nog veel potentie heeft. “De overwinning is een kwestie van tijd”, zei Max met een ondeugende lach. Wie weet in Assen al? “Dat zou wel heel mooi zijn!”